Wat valt er te delen?


De nonpoliparus, dat ben ik

Het volgende is misschien te persoonlijk voor nonpolipar, of misschien ook niet. Maar voor de zekerheid maakt nonpolipar toch plaats voor de nonpoliparus. Van de niet politieke partij naar een niet politieke persoon. Van wat ons betreft naar wat mij betreft. Van daar gaan we naar daar ga ik. Want op deze website ben ik de nonpoliparus.

Het mijzelf zijn als basis

Als iets niet van mij is, kan ik het niet delen. Bij alles wat ik deel, deel ik op zijn minst een klein stukje van mijzelf. Om mijzelf te kunnen delen moet ik mijzelf blijven. Voor de ander(en) met wie ik deel, geldt hetzelfde. Delen begint met zijn wie ik ben. Mijzelf overleveren aan iemand anders of iets anders, hoort daar niet bij. Ik zou dan vooral die ander of dat andere delen, en mijzelf behoorlijk kwijtraken. De volgende logische vragen zijn: wanneer ben ik mijzelf, en wie ben ik dan? De antwoorden weet ik niet. Het is denkbaar dat ik mijzelf ben als ik kan leven met wat ik deel en met waar ik strijd voor lever. En misschien is er een gradatie; misschien ben ik meer mijzelf als ik bewuster uitkies wat ik wil delen en waar ik voor wil strijden. Misschien ben ik ook meer mijzelf als ik vooral wil delen wat vanuit mijzelf komt en minder wat vanuit anderen komt. Maar dit laatste betwijfel ik.

Een benadering van mijzelf

Meer dan een benadering is het niet en zal het nooit worden. Maar ik denk dat ik het meest mijzelf kan zijn, als ik allereerst in vrijheid kan kiezen hoe ik mij deelbaar wil gaan maken, wat ik wil delen en met wie, en hoe en wanneer ik dat wil gaan doen. Het tweede en laatste uitgangspunt is dat ik daarna ook de vrijheid heb, om te proberen dit alles in praktijk te brengen. Met deze twee uitgangspunten maak ik de meeste kans om mijzelf te zijn en te blijven. Of het mij lukt om gemaakte keuzen ook echt te realiseren, hangt af van het samenspel met mijn omgeving. Want zonder inbreng van rondom mij kom ik nergens. Maar om mijzelf te zijn is het voldoende als mijn omgeving een ruim en vrij speelveld biedt, waarbinnen ik kan kiezen en handelen. Natuurlijk mag er van buiten meer inbreng komen dan alleen een vrij en ruim speelveld, graag zelfs. Ook al ben ik dan mijzelf, toch kan alle externe inbreng mee boetseren aan hoe ik mijzelf wil blijven, hoe ik mijzelf kan blijven en wat dat uiteindelijk met mij doet.